50. Takes note of the proposal by Turkey to es
tablish a bilateral committee of experts in order to overcome the tragic experience of the past, and the position of Armenia regarding that proposal; urges both the Turkish Government and the Armenian Government to continue their proces
s of reconciliation leading to a mutually acceptable proposal; welcomes that, with the recent debates in Turkey, at least a start has been made with the discussion on the painful history with Armenia; stresses that, although the recognition of the Armenia
...[+++]n genocide as such is formally not one of the Copenhagen criteria, it is indispensable for a country on the road to membership to come to terms with and recognise its past; calls in this respect on the Turkish authorities to facilitate the work of researchers, intellectuals and academics working on this question, ensuring them the access to the historical archives and providing them with all the relevant documents; urges Turkey to take the necessary steps, without any preconditions, to establish diplomatic and good neighbourly relations with Armenia, to withdraw the economic blockade and to open the land border at an early date, in accordance with the resolutions adopted by Parliament between 1987 and 2005, thereby fulfilling the Accession Partnership priorities and the requirements of the Negotiation Framework on 'peaceful settlement on border disputes' which are both mandatory for EU accession; a similar position should be adopted for the cases of other minorities (e.g. the Greeks of Pontos and the Assyrians); 50. neemt kennis van het voorstel van Turkij
e om een bilaterale commissie van deskundigen op te richten teneinde de tragische ervaringen uit het verleden te verwerken, en van het standpunt van Armenië inzake dat voorstel; dringt er zowel bij de Turkse
als bij de Armeense regering op aan hun verzoeningsproces voort te zetten e
n in een voor beide kanten aanvaarbaar voorstel te laten uitmonden; is verheugd over het feit dat er in he
...[+++]t recente debat in Turkije tenminste een begin is gemaakt met de discussie over de pijnlijke geschiedenis met Armenië; onderstreept dat erkenning van de Armeense genocide als zodanig formeel niet tot de criteria van Kopenhagen behoort, maar dat het onontbeerlijk is dat een land dat op weg is naar het lidmaatschap, zijn geschiedenis verwerkt en onder ogen ziet; roept de Turkse autoriteiten in dit verband op de werkzaamheden van onderzoekers, intellectuelen en academici die zich met de kwestie van de Armeense genocide bezighouden, te faciliteren door hen toegang te geven tot de historische archieven en hen alle relevante documenten te bezorgen; dringt er bij Turkije op aan, zonder voorafgaande voorwaarden, de nodige stappen te doen om diplomatieke relaties en betrekkingen van goed nabuurschap met Armenië op te bouwen, de economische blokkade op te heffen en spoedig de landgrens tussen beide landen te openen, in overeenstemming met de resoluties van het Parlement uit de jaren 1987 tot en met 2005, om zo te voldoen aan de prioriteiten in het toetredingspartnerschap en aan de vereisten in het kader voor de onderhandelingen inzake een "vreedzame regeling van de grensgeschillen", die beide absolute vereisten zijn om tot de EU te kunnen toetreden; een soortgelijk standpunt dient te worden ingenomen ten aanzien van andere minderheden (bijv. de Pontische Grieken en de Assyriërs);