It does not seem that this is likely to succeed in an area like the Democratic Republic of Congo, where life-threatening diseases reign, the environment and the land are over-exploited, and people remain completely without rights. The question is whether the armistice of 23 January for North and South Kivu, which takes for granted the disarmament of the warring factions and the return of refugees to their places of residence, is feasible, and whether the United Nations can contribute on the ground to this end.
Nu dit niet lijkt te lukken wordt Congo een gebied waar levensbedreigende ziekten vrij spel hebben, roofbouw op natuur en landschap plaatsvindt en de mensen volkomen rechteloos blijven. De vraag is of de wapenstilstand van 23 januari voor Noord- en Zuid-Kivu, die uitgaat van ontwapening van de strijdende groepen en terugkeer van vluchtelingen naar hun woonplaatsen, uitvoerbaar is en of het optreden van de Verenigde Naties ter plekke daartoe kan bijdragen.