This provision mirrors the obligation in Article 24(2) of the Charter of Fundamental Rights and in Article 3(1) of the UN Convention on the Rights of the Child that the child's best interest must be a primary consideration in all actions relating to children as well as the need, expressed in Article 24(3) of the Charter, for a child to maintain on a regular basis a personal relationship with both parents.
Deze bepaling weerspiegelt artikel 24, lid 2, van het Handvest van de grondrechten en artikel 3, lid 1, van het VN-verdrag inzake de rechten van het kind, op grond waarvan het belang van het kind de eerste overweging moet zijn bij alle handelingen betreffende kinderen, alsook het recht van een kind om regelmatig persoonlijke betrekkingen met zijn beide ouders te onderhouden, zoals vervat in artikel 24, lid 3, van het Handvest.