I appreciate that town, that province, that republic for having recognised their assets and, above all, for having shared their suffering born out of the disease of a fear of others, of a fear of being wiped out and of a fear of losing their identity, so many fears that irresponsible criminals sparked there.
Ik houd van deze stad, van deze provincie, van deze republiek, omdat ik hun rijkdom heb gekend en vooral omdat ik hun lijden heb gedeeld, dat ontstond door de ziekelijke angst voor de ander, door de angst om afgemaakt te worden en door de angst om zijn identiteit te verliezen, door al die angsten die onverantwoordelijke criminelen er hadden opgewekt.