However, by judgment of 15 November 2005 , the Court of Justice, before which the case had been brought by the Commission, held that the prohibition was incompatible with the principle of the free movement of goods, because it was not proportionate to the objective sought, namely the protection of air quality.
In een arrest van 15 november 2005 heeft het Hof van Justitie , waaraan de zaak door de Commissie was voorgelegd, evenwel geoordeeld dat dit verbod onverenigbaar was met het beginsel van het vrije verkeer van goederen, aangezien het onevenredig was in verhouding tot het nagestreefde doel, te weten de bescherming van de luchtkwaliteit.