8. Urges WTO Members, particularly the United States, to abide by their Hong Kong undertaking to put an end to export subsidies, particularly on cotton, in order to eliminate one of the most damaging trade-distorting measures affecting poor countries’ agricultural producers; recalls that the minimum objective of 0.7 % of GDP for development cooperation should be complied by all industrialised countries;
8. dringt er bij de WTO-leden, en met name bij de Verenigde Staten, op aan hun in Hong Kong aangegane engagement na te komen om de exportsubsidies, met name voor katoen, stop te zetten, om op die manier één van de meest schadelijke handelsverstorende maatregelen, die een negatieve invloed heeft op de landbouwproducenten van arme landen, te elimineren; herinnert eraan dat alle industrielanden moeten voldoen aan de minimumdoelstelling van 0,7 % van het BBP voor ontwikkelingssamenwerking;