whereas subject to future amendments or any future relevant legal acts, the provisions of Union law relevant in respect of the treatment of information, which has been found to be confidential, in particular Articles 53 to 62 of Directive 2013/36/EU of the European Parliament and of the Co
uncil impose strict obligations of professional secrecy on the competent authorities and their staff for the supervision of credit institutions; whereas all persons working for or who have worked for the competent authorities are bound b
y the obligation of professional secrecy ...[+++]; whereas confidential information which they receive in the course of their duties may be disclosed only in summary or aggregate form, such that individual credit institutions cannot be identified, without prejudice to cases covered by criminal law.
overwegende dat, behoudens toekomstige amendementen of eventuele toekomstige rechtshandelingen ter zake, de bepalingen van het Unierecht die relevant zijn voor de behandeling van informatie die als vertrouwelijk is aangemerkt, met name de artikelen 53 tot en met 62 van Richtlijn 2013/36/EU van het Europees Parlement en de Ra
ad , strenge verplichtingen inzake het beroepsgeheim opleggen aan de voor het toezicht op kredietinstellingen bevoegde autoriteiten en hun personeelsleden; overwegende dat alle personen die werkzaam zijn of geweest zijn voor de bevoegde autoriteiten, zijn gebonden aan het beroepsgeheim; overwegende dat de vertrouwel
...[+++]ijke gegevens waarvan zij beroepshalve kennis krijgen, uitsluitend in een samengevatte of geaggregeerde vorm openbaar mogen worden gemaakt, zodat individuele kredietinstellingen niet kunnen worden geïdentificeerd, onverminderd de gevallen die onder het strafrecht vallen.