On the other hand, there can be no doubt that this right to individual mobility – plainly speaking, the right to drive cars, to own and use a car – must be exercised in such a way that it does not destroy our environment, and that means that we need cars that do not harm the environment.
Aan de andere kant mag er geen twijfel over bestaan dat dit recht op persoonlijke mobiliteit – duidelijker gezegd het recht om auto te rijden, een auto te bezitten en te gebruiken – op een manier moet worden gebruikt die ons milieu niet ruïneert, wat betekent dat we auto’s nodig hebben die niet belastend voor het milieu zijn.