15. Stresses the importance of EU short-term and long-term observers abstaining from any behaviour that could be perceived by the local population as patronising, superior or disrespectful of local culture; considers that, in this context, and where appropriate, EU observers should link up with local observers;
15. benadrukt dat het belangrijk is dat kortetermijn- en langetermijn waarnemers van de EU zich van ieder gedrag onthouden dat door de lokale bevolking als neerbuigend, superieur of als niet-respectvol ten aanzien van de lokale cultuur kan worden beschouwd; is van mening dat EU-waarnemers zich binnen deze context, en waar nodig, zouden moeten aansluiten bij lokale waarnemers;