Le traitement curatif, quant à lui, consiste à éliminer par cautérisation les tissus cardiaques responsables du déclenchement des arythmies : l’ablation par radiofréquence (réalisée chez 10% des patients) est une intervention de deux heures (pour 2 jours d’hospitalisation) lors de laquelle on introduit, sous anesthésie locale, des sondes par une veine de la jambe.
De curatieve behandeling bestaat uit uitschakeling door cauterisatie (wegbranden) van de hartweefsels die de aritmieën veroorzaken: ablatie (verwijdering) met radiofrequentie (uitgevoerd bij 10% van de patiënten) is een ingreep van 2 uur (met een ziekenhuisopname van 2 dagen) waar onder plaatselijke verdoving sondes worden ingebracht via een ader in het been.