Traduction de «d'indinavir seul » (Français → Néerlandais) :

TERMINOLOGIE

douleur ne pouvant être rapportée à un seul organe ou une seule partie du corps
pijn niet herleidbaar tot enig orgaan of lichaamsregio

indinavir
indinavir

produit contenant seulement de l'indinavir sous forme orale
product dat enkel indinavir in orale vorm bevat

sulfate d'indinavir
indinavirsulfaat

produit contenant de l'indinavir
product dat indinavir bevat

produit contenant de l'indinavir sous forme orale
product dat indinavir in orale vorm bevat

fracture fermée d'une seule côte
gesloten fractuur van één rib

trouble maniaque, un seul épisode
manische stoornis, eenmalige episode

implant dentaire endostéal à lame d’un seul tenant
eendelig bladvormig endostaal tandimplantaat

vit seul
woont alleen

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

De même, chez des patients n'ayant jamais été traités par un antirétroviral, l'indinavir avec ou sans zidovudine, comparativement à la zidovudine en monothérapie, a réduit la probabilité de survenue d'un événement définissant le SIDA ou de décès à 48 semaines de 15 % avec la zidovudine en monothérapie contre environ 6 % avec l'indinavir seul ou associé à la zidovudine.
Zo ook leidde indinavir met of zonder zidovudine op week 48 bij antiretroviraal-naïeve patiënten in vergelijking met zidovudine alleen tot een verlaging van de waarschijnlijkheid van ADID van 15% met zidovudine alleen tot ongeveer 6 % met indinavir alleen of in combinatie met zidovudine.

L'interaction entre l'indinavir seul ou l'indinavir/ritonavir avec la pravastatine ou la fluvastatine n'est pas connue (voir rubrique 4.5).
De interactie van indinavir of indinavir/ritonavir met pravastatine of fluvastatine is onbekend (zie rubriek 4.5).

ANTI-INFECTIEUX Antirétroviraux Amprénavir ↑ 90% de l'ASC de l'amprénavir 1200 mg, 2 fois/jour, associé à 800 mg d'indinavir seul, trois fois/jour (voir tableau 1).
Geneesmiddelen per therapeutisch Interactie gebied ANTI-INFECTIVA ANTIRETROVIRALE MIDDELEN Amprenavir Amprenavir 1200 mg 2 dd AUC ↑ 90 % met 800 mg 3 dd indinavir alleen (zie tabel 1).

Indinavir ASC : � 54% Indinavir C min : ↓ 81% (Par rapport à indinavir 800 mg seul, trois fois/jour) Diminution des concentrations plasmatiques de l'indinavir due à un effet inducteur enzymatique du millepertuis sur le métabolisme du médicament et/ou sur des protéines de transport.
Indinavir AUC: ↓ 54 % Indinavir C min : ↓ 81 % (ten opzichte van indinavir 800 mg 3 dd alleen) Als gevolg van inductie van geneesmiddelmetaboliserende en/of transporteiwitten door sintjanskruid zal de concentratie indinavir verlaagd worden.

Indinavir ASC: ↑ 53% Indinavir C min : ↑ 298% (Par rapport à indinavir 800 mg seul, trois fois/jour)
Delavirdine: ↔ Indinavir AUC: ↓ 46 % Indinavir C min : ↓ 57 % (ten opzichte van indinavir 800 mg 3 dd alleen)

Indinavir ASC: � Indinavir C min : � (Par rapport à indinavir 1000 mg seul, trois fois/jour)
Didanosine enteric-coated 400 mg ED (Indinavir 800 mg ED)

Indinavir ASC : � Indinavir C min : � (Par rapport à indinavir 800 mg seul, trois/jour)
Zidovudine 200 mg 3 dd (Indinavir 1000 mg 3 dd)

Interactions nécessitant une réduction de la dose de ruxolitinib Inhibiteurs du CYP3A4 Inhibiteurs puissants du CYP3A4 (tels que, entre autres, bocéprévir, clarithromycine, indinavir, itraconazole, kétoconazole, lopinavir/ritonavir, mibéfradil, néfazodone, nelfinavir, posaconazole, saquinavir, telaprévir, télithromycine, voriconazole) Chez des volontaires sains, l’administration concomitante de Jakavi (dose unique de 10 mg) et d’un inhibiteur puissant du CYP3A4, le kétoconazole, a entraîné une augmentation de la C max et de l’ASC du ruxolitinib de respectivement 33 % et 91 % par rapport à l’administration de Jakavi seul.
Interacties die resulteren in een dosisverlaging van ruxolitinib CYP3A4-remmers Sterke CYP3A4-remmers (zoals, maar niet beperkt tot boceprevir, claritromycine, indinavir, itraconazol, ketoconazol, lopinavir/ritonavir, ritonavir, mibefradil, nefazodon, nelfinavir, posaconazol, saquinavir, telaprevir, telitromycine, voriconazol) Bij gezonde personen resulteerde gelijktijdige toediening van Jakavi (eenmalige dosis van 10 mg) met de sterke CYP3A4-remmer ketoconazol in een C max en AUC van ruxolitinib die respectievelijk 33% en 91% hoger waren dan met ruxolitinib alleen.