§ 2 Si l’unité dispose de places pour les proches (parents, fratrie.), elle veille à maintenir la cohésion de la cellule familiale, en accueillant le bénéficiaire et ses proches dans un appartement familial ou dans des chambres contigües.
§ 2 Indien de eenheid over plaatsen voor de naaste omgeving (ouders, broers en zussen ) beschikt, ziet zij erop toe dat de cohesie binnen het gezin bewaard wordt door de rechthebbende en zijn naaste omgeving in een gezinsappartement of in aangrenzende kamers op te vangen.