Les injections intraveineuses doivent s'administrer sur une période de 3 à 5 minutes, directement dans une veine ou dans la tubulure d'une trousse à perfusion pendant la perfusion d'un liquide IV compatible.
Intraveneuze injecties moeten worden gegeven over een periode van 3 tot 5 minuten, direct in een ader of in de lijn van een infuusset tijdens infusie van een compatibele i.v. vloeistof.