Art. 24. Les enquêteurs de l'OFEAN ou d'un autre organisme d'enquête compétent, auquel l'OFEAN a délégué la conduite de l'enquête de sécurité conformément à l'article 11, § 3, exercent, le cas échéant en collaboration avec les autorités chargées des enquêtes judiciaires, les compétences suivantes pour recevoir toutes les informations pertinentes nécessaires à la conduite de l'enquête de sécurité et sont habilités à :
Art. 24. De onderzoekers van de FOSO of van een andere bevoegde onderzoeksinstantie, waaraan zij de onderzoekstaak heeft gedelegeerd overeenkomstig artikel 11, § 3, hebben, waar nodig in samenwerking met de voor het gerechtelijk onderzoek verantwoordelijke autoriteiten, de hiernavolgende bevoegdheden om in bezit te worden gesteld van alle voor het verrichten van het veiligheidsonderzoek relevante informatie en zijn gemachtigd tot :