E
n réponse à votre lettre nº KAB/96/2/mb du 13 mai 1996 conc
ernant l'examen, en commission du Sénat, de propositions de loi relatives à une meilleure valorisation des greffiers, des secrétaires du parquet et de leur personnel, j'ai l'honneur de porter à votre c
onnaissance, par la présente, une note du 24 mai 1996, écrite de la main de l'av
ocat général Piret, dans laquelle ...[+++]figurent les observations que je crois devoir faire concernant les propositions de loi dont il est question dans votre lettre, déposées respectivement par MM. Vandenberghe (Do c. Sénat, 1995-1996, nº 1-270/1) et Vandeurzen (Do c. Chambre, 1995-1996, nº 491/1).In antwoord op uw brief nr. KAB/96/2/mb van 13 mei 1996, betreffende « de behandeling in de Senaatscommissie van wetsvoorstellen met
betrekking tot een betere valorisatie van de griffiers, de parketsecretarissen en hun personeel », heb ik de eer u hierbij in kennis te stellen met een nota d.d. 24 mei 1996, van de hand van advocaat-generaal Piret, waarin de opmerkingen zijn vervat di
e ik meen te moeten maken bij de in uw brief bedoelde wetsvoorstellen Vandenberghe (Gedr. St., Senaat, 1995
-1996, nr. 1-270/1) ...[+++]resp. Vandeurzen (Gedr. St., Kamer, 1995-1996, nr. 491/1).