La Banque exerce le contrôle prudentiel des établissements de crédit, en ce compris les établissements de monnaie électronique, des entreprises d'investissement ayant le statut de société de bourse, des entreprises d'assurances et de réassurance, des sociétés de cautionnement mutuel, des organismes de compensation, des organismes de liquidation, des organismes assimilés à des organismes de liquidation et des établissements de paiement.
De Bank oefent prudentieel toezicht uit op de kredietinstellingen, inclusief de instellingen voor elektronisch geld, de beleggingsondernemingen met het statuut van beursvennootschap, de verzekerings- en herverzekeringsondernemingen, de maatschappijen voor onderlinge borgstelling, de verrekeningsinstellingen, de vereffeningsinstellingen, de met vereffeningsinstellingen gelijkgestelde instellingen en de betalingsinstellingen.