Le TRANSIT signifie le passage physique sur le territoire d'un participant ou d'un non-participant, avec ou sans transbordement, entreposage ou changement de mode de transport, lorsqu'un tel passage ne représente qu'un segment d'un voyage ayant commencé et se terminant à l'extérieur des frontières du participant ou du non-participant concerné.
DOORVOER: het vervoeren over het grondgebied van een deelnemer of niet-deelnemer, met of zonder overlading, opslag of wijziging van vervoerswijze, wanneer dit vervoer slechts een gedeelte beslaat van de volledige reis, die begint en eindigt buiten de grenzen van de deelnemer of niet-deelnemer over wiens grondgebied de zending wordt vervoerd.