Art. 52. Pour prétendre au complément d'aide à l'investissement pour les entreprises du secteur de la première transformation du bois, le demandeur de type P.M.E. démontre que, à la date d'introduction de la demande d'aide complémentaire, il respecte les conditions d'accès au aides du décret du 11 mars 2004 relatif aux incitants régionaux en faveur des petites et moyennes entreprises et qu'il a reçu un avis de décision d'octroi d'aide à l'investissement auprès de la Direction générale opérationnelle Economie, Emploi et Recherche.
Art. 52. Om aanspraak te maken op bijkomende investeringssteun voor de ondernemingen uit de sector van de eerste houtverwerking, bewijst de aanvrager van het type K.M.O. dat hij op de datum van indiening van de aanvraag van bijkomende steun de voorwaarden vervult om in aanmerking te komen voor steun zoals bedoeld in het decreet van 11 maart 2004 betreffende de gewestelijke incentives ten gunste van de kleine en middelgrote ondernemingen en dat hij bij het Operationeel directoraat-generaal Economie, Tewerkstelling en Onderzoek een bericht van beslissing tot toekenning van investeringssteun heeft ontvangen.