Art. 63. Dans l'article 12 de la même loi, modifié par la loi du 3 juillet 2005 et la loi du 21 décembre 2013, les modifications suivantes sont apportées : a) dans l'alinéa 1, les mots "agent auxiliaire" sont r
emplacés par le mot "agent"; b) dans l'alinéa 1, le 3° est remplacé par ce qui suit : "3° être de conduite irréprochable et ne pas présenter de facteurs de risque qui constituent un obstacle à l'engagement à la police; "; c) l'alinéa 2 est remplacé par ce qui suit : "Les conditions visées à l'alinéa 1, 3°, découlent : a) d'une copie certifiée conforme du casier judiciaire complet datant de moins de trois mois à la date d'introdu
...[+++]ction de la candidature; b) d'une enquête de milieu et des antécédents, comprenant notamment un entretien avec le candidat au domicile et au lieu de résidence éventuel de celui-ci, diligentée par le corps de police locale; c) de toutes les informations disponibles transmises par les services de renseignement et de sécurité et par l'Organe de coordination pour l'analyse de la menace; d) de toutes les informations disponibles relatives aux sanctions administratives communales imposées pour une infraction mixte; e) des données judiciaires, communiquées par les services de police, moyennant autorisation des autorités judiciaires compétentes; f) des autres données et informations validées dont disposent les services de police".Art. 63. In artikel 12 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 3 juli 2005 en de wet van 21 december 2013, worden de volgende wijzigingen aangebracht : a) in het eerste lid wordt het woord "hulpagent" verva
ngen door het woord "agent"; b) in het eerste lid wordt de bepaling onder 3° vervangen als volgt : "3° van onberispe
lijk gedrag zijn en geen risicofactoren vertonen die een beletsel tot indienstneming bij de politie vormen; "; c) het tweede lid wordt vervangen als volgt : "De voorwaarden bedoeld in het eerste lid, 3°, blijken
...[+++]uit : a) een voor eensluidend verklaard afschrift van het volledige strafregister dat minder dan drie maanden oud is op de datum van de kandidaatstelling; b) een onderzoek van de omgeving en de antecedenten dat onder meer een gesprek met de kandidaat in zijn woonplaats en eventuele verblijfplaats omvat, gevoerd door het korps van lokale politie; c) alle beschikbare inlichtingen die door de inlichtingen- en veiligheidsdiensten en het Coördinatieorgaan voor de dreigingsanalyse worden overgezonden; d) alle beschikbare inlichtingen betreffende de gemeentelijke administratieve sancties opgelegd voor een gemengde inbreuk; e) de gerechtelijke gegevens die door de politiediensten worden overgezonden mits toelating van de bevoegde gerechtelijke overheden; f) de andere gevalideerde gegevens en informatie waarover de politiediensten beschikken".