3º Ne pas avoir fait l'objet d'une condamnation pour des faits visés aux articles 372 à 387, 468 à 476, 491 à 495bis, 496 à 5
01bis du Code pénal ainsi qu'à la loi du 11 juin 2002 relative à la protection contre la violence et le harcèlement moral ou sexuel au travail, à la loi du 2 avril 1965 interdisant la pra
tique du doping à l'occasion des compétitions sportives et à la loi du 24 février 1921 concernant le trafic des substances vénéneuses, soporifiq
...[+++]ues, stupéfiantes, psychotropes, désinfectantes ou antiseptiques et des substances pouvant servir à la fabrication illicite de substances stupéfiantes et psychotropes. 3º mag men niet veroordeeld zijn op grond van feiten als bedoeld in de artikelen 372 tot 387, 468 tot 476, 491 tot 495bis, 496 tot 501bis van het Strafwetboek, alsmede in de wet van 11 juni 2002 betreffende de bescherming tegen geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk, in de wet van 2 april 1965 waarbij de dopingpraktijk verboden wordt bij sportcompetities, en in de wet van 24 februari 1921 betreffende het verhandelen van giftstoffen, slaapmiddelen en verdovende middelen, psychotrope stoffen, ontsmettingsstoffen en antiseptica en van de stoffen die kun
nen gebruikt worden voor de onrechtmatige vervaardiging van verdoven
...[+++]de middelen en psychotrope stoffen.