14. engage la Commission – étant donné que le Fonds social européen est, en fournissant aux gens du travail, un instrument essentiel de lutte contre la pauvreté, les inégalités sexuelles et les discriminations sociales (personnes handicapées, immigrés, personnes âgées, etc.), ainsi que contre l'exclusion sociale et le chômage – à renforcer le potentiel, l'autonomie financière dans une perspective de cohésion économique et sociale et la flexibilité du Fonds social européen dans le but de répondre aux défis actuels et à venir dans le domaine de l'emploi; à simplifier la gestion des projets et à harmoniser et améliorer les procédures et les contrôles, compte tenu de la pérennité sociale, et à suivre les dossiers en cours avec davan
tage d'eff ...[+++]icacité; attire l'attention sur le fait que les retours d'expérience des porteurs de projets sur les subventions globales sont positifs et salue l'appréciation favorable dont font l'objet les subventions globales dans le rapport du Comité économique et social européen sur les partenariats efficaces dans la politique de cohésion (Jan Olsson, ECO/258); demande l'introduction de nouvelles conditions relatives à la non-discrimination et à la mixité, de façon à fournir une aide à ceux qui en ont le plus besoin, en se concentrant expressément, mais pas exclusivement, sur les communautés roms; souligne le rôle joué par le Fonds social européen dans le renforcement de la dimension d'intégration sociale; attire l'attention sur la nécessité de renforcer la transparence des politiques du Fonds social européen en ce qui concerne l'allocation des fonds et de procéder à une évaluation et à un examen détaillés des résultats tangibles obtenus en termes d'emploi; 14. doet een beroep op de Commissie om de financiële autonomie ten behoeve van economische en sociale cohesie, de f
lexibiliteit en het potentieel van het ESF te versterken teneinde de huidige en toekomstige uitdagingen op werkgelegenheidsgebied te kunnen aangaan, het projectbeheer te vereenvoudigen en de procedures en controles te harmoniseren en beter te maken, daarbij rekening houdend met de sociale duurzaamheid, en tenslotte de follow-up van de lopende dossiers te verbeteren, gezien het feit dat het ESF een fundamenteel instrument is voor het bestrijden van armoede, genderongelijkheden, sociale discriminatie (van mensen met een handic
...[+++]ap, migranten, ouderen, enz.) middels insluiting in de beroepswereld, en van sociale uitsluiting en werkloosheid; wijst op de goede ervaringen van projectontwikkelaars met global grants en is verheugd over de positieve evaluatie van global grants in het EESC-rapport betreffende een doeltreffend partnerschap (Jan Olsson, ECO/258); verzoekt om de invoering van nieuwe voorwaarden op het vlak van non-discriminatie en desegregatie, teneinde steun te bieden aan degenen die daaraan het meest behoefte hebben, waarbij de hulp met name, maar niet uitsluitend, ook gericht moet zijn op de Roma-gemeenschappen; benadrukt de rol van het ESF in het versterken van de dimensie van sociale integratie; onderstreept de behoefte aan transparanter ESF-beleid voor de toewijzing van middelen en een gedetailleerde evaluatie en controle van bereikte tastbare resultaten op werkgelegenheidsterrein;