3.1. Sous réserve des observations formulées ci-après (observations 3.2 et 3.3), le projet à l'examen trouve un fondement juridique à l'article 21, 5°, premier tiret, du Code des impôts sur les revenus 1992 (ci-après : CIR 92), qui dispose que le Roi d
éfinit les critères auxquels les dépôts doivent répondre « quant à la monnaie en laquelle ils sont libellés, quant aux conditions et modes de retraits et de prélèvements et quant à la structure, au niveau et au mode de calcul de leur rémunération » pour pouv
oir bénéficier de l'avantage fiscal ...[+++].
3.1. Behoudens wat hierna wordt opgemerkt (opmerkingen 3.2 en 3.3), vindt het voorliggende ontwerp rechtsgrond in artikel 21, 5°, eerste streepje, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 (hierna : WIB 92), dat bepaalt dat de Koning de vereisten stelt waaraan de deposito's moeten voldoen « wat betreft de munt waarin deze deposito's luiden en de voorwaarden en wijze van terugneming en opneming, evenals wat betreft de structuur en het niveau en de wijze van berekening van de vergoeding ervan », om te kunnen genieten van het fiscaal voordeel.