Les travailleurs concernés étaient, selon l'article 3, 1°, de la loi du 7 mai 1999, « les personnes qui fournissent des prestations de travail en vertu d'un contrat de travail et les personnes qui, autrement qu'en vertu d'un contrat de travail, fournissent des prestations de travail sous l'autorité d'une autre personne, y compris les apprentis ».
De betrokken werknemers waren, luidens artikel 3, 1°, van de wet van 7 mei 1999, « de personen die krachtens een arbeidsovereenkomst arbeid verrichten en personen die, anders dan krachtens een arbeidsovereenkomst, arbeid verrichten onder het gezag van een ander persoon, met inbegrip van de leerjongens en leermeisjes ».