souligne qu'il convient d'établir les objectifs concernant les sources d'énergie renouvelables en fonction des objectifs climatiques convenus par les 195 pays à Paris, en décembre 2015; prend acte de la proposition du Conseil européen portant sur un objectif de 27 % d'énergie renouvelable à l'horizon 2030; rappelle que le Parlement a demandé des objectifs contraignants représentant une part d'au moins 30 % d'énergies renouvelables dans la consommation énergétique à mettre en œuvre au moyen d'objectifs nationaux afin de garantir aux investisseurs la sécurité nécessaire ainsi que de veiller à la sécurité juridique; estime que, à la lumière du récent accord COP21, il est souhaitable d
'avoir une ...[+++] ambition beaucoup plus élevée; rappelle à cet égard que des objectifs clairs et ambitieux sont un moyen d'améliorer la sécurité et d'assurer à l'Union la position de chef de file au niveau mondial; invite la Commission à présenter un ensemble de mesures plus ambitieuses en matière de climat et d'énergie pour 2030, qui relève à au moins 30 % l'objectif de l'Union concernant les sources d'énergie renouvelables, lequel devra être réalisé par la voie d'objectifs nationaux individuels.
benadrukt dat de doelstellingen van de richtlijn hernieuwbare energie moeten worden afgestemd op de klimaatdoelstellingen die in december 2015 door 195 landen zijn overeengekomen in Parijs;
neemt nota van het voorstel van de Europese Raad om tegen 2030 een aandeel van ten minste 27 % hernieuwbare energie in het energieverbruik te hebben; herinnert aan zijn vraag om bindende doelstellingen, namelijk een aandeel van ten minste 30 % hernieuwbare energie in het energieverbruik, die moeten worden gehaald middels nationale doelstellingen om te zorgen voor de noodzakelijke investerings- en rechtszekerheid; is van mening dat een aanzienlijk a
...[+++]mbitieuzere doelstelling wenselijk is met het oog op het recente akkoord van de CoP 21; staat erop dat duidelijke en ambitieuze doelstellingen op dit vlak een middel zijn om de zekerheid te verbeteren en een leidende positie voor de EU op mondiaal niveau te waarborgen; verzoekt de Commissie dan ook om te komen met een ambitieuzer klimaat- en energiepakket voor 2030 waarmee het streefcijfer van de EU voor het aandeel van hernieuwbare energie tot ten minste 30 % wordt verhoogd en dat ten uitvoer moet worden gelegd door middel van afzonderlijke nationale doelstellingen.