Art. 4. L'intégrant, visé à l'article 5, § 6, du décret, n'est obligé de suivre le module de formation néerlandais comme seconde langue que s'il présente, au plus tard dans un délai de trente jours suivant la présentation au bureau d'accueil, un justificatif démontrant qu'il a satisfait aux conditions d'intégration conformément à l'article 5, alinéa deux, de la Directive 2003/109/CE du 25 novembre 2003 relative au statut des ressortissants de pays tiers résidents de longue durée.
Art. 4. De inburgeraar, vermeld in artikel 5, § 6, van het decreet, wordt enkel verplicht tot het volgen van het vormingsonderdeel Nederlands als tweede taal als hij, uiterlijk binnen een termijn van dertig dagen na de aanmelding op het onthaalbureau, een bewijsstuk voorlegt dat aantoont dat hij heeft voldaan aan integratievoorwaarden overeenkomstig artikel 5, tweede lid, van Richtlijn 2003/109/EG van 25 november 2003 betreffende de status van langdurig ingezeten onderdanen van derde landen.