La Cour a, en B.10.2 de son arrêt n° 15/2009 du 5 février 2009, jugé que, dès lors que le choix du législateur quant à l'indemnité de procédure est raisonnablement justifié, compte tenu de ce qui est dit en B.7.6.6 de son arrêt n° 182/2008 du 18 décembre 2008 concernan
t les personnes qui bénéficient de l'aide juridique de seconde ligne, les différences qui existent entre les avocats et les conseils techniques en ce qui concerne
leur place dans le procès et la nature de leur intervention justifient que le législateur n'ait pas étendu l
...[+++]a réglementation spécifique qu'il a adoptée pour la répétibilité des frais et honoraires d'avocat à l'ensemble des autres conseils qui sont éventuellement susceptibles d'intervenir dans une procédure judiciaire.Het Hof heeft in B.10.2 van zijn arrest nr. 15/2009 van 5 februari 2009 geoordeeld dat, aangezien de keuze van de wetgever met betrekking tot de rechtsplegingsvergoeding redelijk verantwoord is, rekening houdend met wat is vermeld in B.7.6.6 van zijn arrest nr. 182/2008 van 18 december 2008 betreffende de rechtzoekenden die de juridische tweedelijnsbijstand genieten, de verschillen die bestaan tussen de advocaten en de technische raadgevers met betrekking to
t hun plaats in het proces en de aard van hun optreden rechtvaardigen dat de wetgever de specifieke reglementering die hij heeft aangenomen voor de verhaalbaarheid van de kosten en er
...[+++]elonen van advocaten, niet heeft uitgebreid tot alle andere raadgevers die mogelijk in een gerechtelijke procedure optreden.