Les membres du personnel visés à l'alinéa premier qui, sur la base de la réglementation en vigueur avant le 1 septembre 2014, étaient porteurs, par disposition organique ou par mesure transitoire, d'un titre requis pour les modules « actuele tendensen in de ouderenzorg 1 », « actuele tendensen in de ouderenzorg 2 », « begeleiden van personen met dementie » ou « zorg voor het levenseinde » de la formation « begeleider-animator voor bejaarden », à compter du 1 septembre 2014, ne sont plus porteurs d'un titre requis pour ces quatre modules, sont censés être encore porteurs d'un titre requis pour ces quatre formations.
De personeelsleden, vermeld in het eerste lid, die op basis van de reglementering die van kracht was voor 1 september 2014, organiek of via overgangsmaatregelen, in het bezit waren van een vereist bekwaamheidsbewijs voor de modules actuele tendensen in de ouderenzorg 1, actuele tendensen in de ouderenzorg 2, begeleiden van personen met dementie of zorg voor het levenseinde van de opleiding begeleider-animator voor bejaardenen die vanaf 1 september 2014 geen vereist bekwaamheidsbewijs meer hebben voor die vier modules, worden geacht alsnog in het bezit te zijn van een vereist bekwaamheidsbewijs voor die vier modules.