« Art. 5. Lorsqu'une installation a fait l'objet d'une extension significative de capacité après le 30 juin 2011, le Gouvernement, à la demande du nouvel entrant visé à l'article 2, 5°, 4°, b), et sans préjudice de l'allocation à une installation en application de l'article 3, détermine la quantité de quotas à allouer à titre gratuit à l'installation concernée pour tenir compte de l'extension.
« Art. 5. Wanneer een installatie na 30 juni 2011 een aanzienlijke capaciteitsuitbreiding heeft ondergaan, bepaalt de Regering, op verzoek van de nieuwkomer bedoeld in artikel 2, 5°, b), en onverminderd de toewijzing aan een installatie overeenkomstig artikel 3, de hoeveelheid emissierechten die kosteloos aan de betrokken installatie toegewezen moeten worden om rekening te houden met de uitbreiding.