On peut citer, à titre d'exemples: la rapidité de la demande en mariage formulées par le ressort
issant étranger; l'absence de participation de celui-ci aux frais du mariage; l'absence de voyage de noces; l'absence de membres de la famille du ressortissant étranger le jour du mariage; l'absence de dot versée par le ressortissant étranger si celui-ci est de confession musulmane; l'absence de participation aux charges communes, l'envoi d'argent à la famille restée dans le pays d'origine de l'époux étranger (souvent la banque « Western Union »), l'absence de relations intimes; l'existenc
e de relations extra ...[+++]conjugales; l'absence de domicile conjugal; l'absence d'investissement dans la vie de famille; les liens encore très proches avec l'ex-époux(se) du ressortissant étranger ainsi que la promesse de la (le) faire venir par regroupement familial; les actes d'intimidations pratiqués à l'encontre du conjoint belge; la demande de secours alimentaire, formulée en même temps qu'une demande de séparation provisoire devant le juge de paix; l'absence de toute tentative de réconciliation après la séparation; ou encore le harcèlement lorsqu'une procédure en annulation de mariage est entamée par le conjoint « abusé ».Bij wijze van voorbeeld kunnen worden aangehaald : de snelheid waarmee de huwelijksaanvraag door de buitenlandse onderdaan wordt verricht; geen bijdrage van deze partner aan de kosten van het huwelijk; geen huwelijksreis; afwezigheid van familieleden van de buitenlandse onderdaan op de dag van het huwelijk; geen bruidsschat vanwege de buitenlandse onderdaan indien die moslim is; geen bijdrage aan de gemeenschappelijke kosten, het versturen van geld naar de familie in het land van herkomst van de buitenlandse huwelijkspartner (meestal via « Western Union »); het ontbreken van een intieme relatie; het bestaan van buitenechtelijke relaties; geen echte
lijke woning; geen investering ...[+++] in het gezinsleven; de nog zeer nauwe banden met de ex-echtgeno(o)t(e) van de buitenlandse onderdaan en de belofte om die persoon te laten overkomen via gezinshereniging; intimidatie tegenover de Belgische huwelijkspartner; het verzoek om een onderhoudsbijdrage dat tegelijk met een vordering tot voorlopige scheiding voor de vrederechter wordt geformuleerd; geen enkele poging tot verzoening na de scheiding; of pesterijen wanneer de « misbruikte » partner een procedure tot nietigverklaring van het huwelijk inzet.