Art. 127. § 1 . Lorsqu'un établissement de crédit reste en défaut de soumettre le plan visé à l'article 126, § 1 , ou si l'autorité de contrôle considère que ce plan ne permet pas d'assurer de manière durable le respect des dispositions du présent Chapitre, l'autorité de contrôle peut enjoindre à l'établissement de crédit de prendre les mesures correctrices qu'elle juge nécessaires, en ce compris l'arrêt ou la cession des activités de négociation pour compte propre concernées.
Art. 127. § 1. Indien een kredietinstelling nalaat een plan als bedoeld in artikel 126, § 1 voor te leggen, of indien de toezichthouder van oordeel is dat dit plan er niet voor zorgt dat de bepalingen van dit Hoofdstuk op duurzame wijze worden nageleefd, kan de toezichthouder de kredietinstelling gelasten om de corrigerende maatregelen te nemen die hij noodzakelijk acht, met inbegrip van de stopzetting of de overdracht van de betrokken handelsactiviteiten voor eigen rekening.