L'intervenant renvoie à l'exposé des motifs du projet de loi (do c. Chambre, nº 50-1179/001, p. 6), qui traduit le parallélism
e que l'on a trouvé jusqu'à présent avec le droit pénal belge
: « Ces faits sont couverts en droit belge par les articles suivants du Code pénal : 393 à 397 (le meurtre et ses différentes espèces), 400, alinéa 2, et 401 (coups et blessures volontaires, avec préméditation, ...), 437 et 438 (privation de liberté, accompagnée, notamment, de menaces de mort ou de tortures c
...[+++]orporelles) ..».
Spreker verwijst naar de memorie van toelichting van het wetsontwerp (stuk Kamer nr. 50-1179/001, blz. 6), waar de tot op heden gevonden parallel met het Belgische strafrecht wordt weergegeven : « in het Belgisch recht worden bedoelde feiten behandeld in de volgende artikelen van het Strafwetboek : 393 tot en met 397 (doodslag en verschillende soorten van doodslag), 400, tweede lid, en 401, (opzettelijke slagen en verwondingen, met voorbedachten rade, ...), 437 en 438 (vrijheidsberoving die inzonderheid gepaard gaat met doodsbedreigingen of lichamelijke folteringen) ..».