A.B. Chômage complet Art. 19 bis. § 1er. Les ouvriers et les ouvrières de moins de 60 ans visés à l'article 5, § 1er et à l'article 5bis, § 6, travaillant à temps plein et qui remplissent les conditions prévues à l'article 19, § 1er, et qui n'ont par conséquent pas droit aux indemnités prévues à l'article 19ter, ont droit aux indemnités prévues à l'article 20, § 1er, et ceci pour un nombre maximum de jours par période ininterrompue de chômage comme déterminé dans le § 3, pour chaque jour de chômage qui suit immédiatement : - l'expiration de leur contrat de travail à durée déterminée ou pour un travail nettement défini
, pour autant qu'il soit d'une durée supérie ...[+++]ure à trois mois, mais à l'exclusion d'un contrat de premier emploi; - pendant la période du 1er janvier 1989 jusqu'au 30 juin 2015, l'expiration d'un contrat de premier emploi est également prise en considération, pour autant qu'il n'ait pas une durée inférieure à trois mois; - leur licenciement pour motifs économiques.A.B. Volledige werkloosheid Art. 19 bis. § 1. De in artikel 5, § 1 en in artikel 5bis, § 6 bedoelde werklieden en werksters van minder dan 60 jaar, tewerkgesteld in een voltijdse dienstbetrekking, die aan de voorwaarden voldoen, gesteld in artikel 19, § 1, en dus niet gerechtigd zijn op de vergoedingen voorzien in artikel 19ter, hebben recht op de vergoeding vastgesteld in artikel 20, § 1, en dit voor een maximum aantal dagen per ononderbroken werkloosheidsperiode zoals bepaald in § 3, voor elke werkloosheidsdag die onmiddellijk volgt : - op het einde van hun arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd of voor een duidelijk omschreven werk op voorwaarde dat die langer is dan drie maanden, maar met ui
tsluiting van een st ...[+++]artbaanovereenkomst; - voor de periode van 1 januari 1989 tot 30 juni 2015 wordt echter ook het einde van een startbaanovereenkomst in aanmerking genomen, voor zover deze een duur heeft van niet minder dan drie maanden; - op hun ontslag om economische redenen.