Lorsqu'un État membre accorde une licence permettant à une personne, une entité ou un organisme désigné d'exercer des activités d'exploitation d'hydrocarbures avant que cette personne, cette entité ou cet organisme ne soit désigné, l'autorité compétente de l'État membre concerné peut accorder une dérogation à certaines interdictions prévues par le règlement (UE) no 267/2012, si cette dérogation est nécessaire pour éviter ou remédier à des dommages environnementaux ou une annihilation permanente de la valeur de la licence.
Wanneer een lidstaat een vergunning had afgegeven voor activiteiten met betrekking tot de exploitatie van koolwaterstoffen aan een persoon, entiteit of lichaam voordat deze werd aangewezen, kan de bevoegde autoriteit van die lidstaat een uitzondering toestaan op bepaalde verbodsbepalingen van Verordening (EU) nr. 267/2012, indien de uitzondering nodig is om milieuschade of definitieve vernietiging van de waarde van de vergunning te voorkomen of te herstellen.