Il a maintenu cette jurisprudence, après l'entrée en vigueur de la disposition attaquée, dans l'arrêt par lequel il a rejeté la demande de suspension d'extrême urgence introduite par le requérant contre la motion de méfiance du conseil communal de Charleroi du 29 juin 2006 (CE, Vanbergen, n° 161.253, 11 juillet 2006).
Hij heeft die rechtspraak gehandhaafd na de inwerkingtreding van de bestreden bepaling, in het arrest waarmee hij het door de verzoeker ingediende verzoek tot schorsing, bij uiterst dringende noodzakelijkheid, van de motie van wantrouwen van de gemeenteraad van Charleroi van 29 juni 2006 heeft verworpen (RvSt, Vanbergen, nr. 161.253, 11 juli 2006).