Considérant qu'entretemps les dispositions de l'article 28bis, § 4 du Règlement général pour la protection du travail ont été abrogées par l'arrêté royal du 27 mars 1998 dans le cadre d'un ensemble de mesures relatives à la politique du bien-être des travailleurs lors de l'exécution de leur travail; que depuis lors, la protection des travailleurs découlant de l'obligation de collaboration entre leurs employeurs respectifs, de coordination de leurs activités et d'échange mutuel d'informations, ne peut toutefois plus faire l'objet de mesures contraignantes; que dès lors, il faut prendre d'urgence des mesures pour combler cette lacune;
Overwegende dat inmiddels in het kader van een geheel van maatregelen betreffende het beleid inzake het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk de bepalingen van een artikel 28bis, § 4 van het Algemeen Reglement voor de arbeidsbescherming werden opgeheven bij besluit van 27 maart 1998; dat evenwel sindsdien op bouwplaatsen de bescherming van werknemers voortvloeiend uit de verplichting tot samenwerking tussen hun respectievelijke werkgevers, tot coördinatie van hun activiteiten en tot wederzijdse uitwisseling van informatie, niet meer het voorwerp kan uitmaken van dwangmaatregelen; dat het derhalve dringend noodzakelijk is maatregelen te nemen om aan deze leemte te verhelpen;