Art. 38. Lorsque les ouvriers occupés dans une entreprise visée à l'article 1 sont mis temporairement au chômage involontaire au cours de l'exercice et sont ensuite réintégrés par une entreprise appartenant à une autre branche d'activité, ils conservent le droit à l'indemnité de sécurité d'existence acquis dans l'entreprise visée à l'article 1, sans que cela puisse entraîner une augmentation du droit acquis.
Art. 38. Wanneer de arbeid(st)ers in een onder artikel 1 bedoelde onderneming in de loop van het dienstjaar, tijdelijk onvrijwillig werkloos gesteld worden en nadien in dienst genomen worden door een onderneming behorende tot een andere bedrijfstak, behouden zij hun recht op bestaanszekerheidsvergoeding, verworven bij de onderneming bedoeld in artikel 1, zonder dat dit een verhoging van het verworven recht mag ten gevolge hebben.