4. salue l'initiative prise par les gouvernements des États membres de l'Union, lors du Conseil européen du 4 février 2011, visant à renforcer la gouvernance économique; manifeste toutefois sa ferme opposition à la méthode suggérée; estime qu'une démarche purement intergouvernementale, se situant en marge des structures prévues par le traité, ne produira pas l'effet escompté; souligne que la discipline ne pourra être réellement garantie que s'il est fait usage de la méthode communautaire et si la Commission a son mot à dire; estime qu'il est inacceptable que la Commission européenne soit mise sur la touche;
4. spreekt zijn waardering uit voor de initiatieven die de regeringen van de EU tijdens de Top van 4 februari 2011hebben genomen tot uitbreiding van de economische sturing; is echter fel gekant tegen de voorgestelde methode; is van mening dat een zuiver intergouvernementeel system buiten de Verdragsstructuren om, niet het gewenste effect zal hebben; wijst erop dat er alleen daadwerkelijk voor discipline kan worden gezorgd als de communautaire methode wordt toegepast en als aan de Commissie volmachten worden verstrekt; is van mening dat het onaanvaardbaar is dat de Europese Commissie naar de zijlijn wordt gedrongen;