D'une part, il est dit que la convention prévoit que l'enfant sera conçu à partir des gamètes des parents commanditaires (article 5, § 3, alinéa 2), mais d'autre part, il est
question tant d'une mère porteuse génétique que d'une mère
porteuse non génétique (dans la proposition: « mère
porteuse traditionnelle », qui est une mère
porteuse inséminée artificiellement avec le sperme du père commanditaire ou d'un donneur, ou « mère
porteuse gestationnelle », qui est une mère
porteuse d'un enfant conçu par fécondation in
...[+++] vitro à partir des gamètes des parents commanditaires) (article 6 et les définitions de l'article 2).Enerzijds wordt gesteld dat de overeenkomst bepaalt dat het kind verwekt wordt met de gameten van de wensouders (artikel 5, § 3, tweede lid), anderzijds is er sprake zowel van een genetische als van een niet genetische draagmoeder (in het voorstel : « traditionele draagmoeder », zijnde een draagmoeder die kunstmatig geïnsemineerd is met het sperma van de wensvader of een donor, respectievelijk « genetisch niet verwante draagmoeder », zijnde een draagmoeder van een kind dat via in-vitrofertilisatie is verwekt met de gameten van de wensouders), (artikel 6 en de definities in artikel 2).