Les règles du règlement (UE) no 1215/2012 en matière de litispendance et de connexité devraient pareillement s’appliquer lorsque, durant la période transitoire prévue dans l’accord JUB, des demandes concernant certains types de litiges sont formées, d’une part, devant la juridiction unifiée du brevet et, d’autre part, devant une juridiction nationale d’un État membre partie à l’accord JUB.
De regels van Verordening (EU) nr. 1215/2012 inzake aanhangigheid en samenhangende vorderingen moeten eveneens van toepassing zijn in het geval waarin tijdens de in de UPC-Overeenkomst vermelde overgangsperiode inzake bepaalde geschillen een procedure aanhangig wordt gemaakt bij het eengemaakt octrooigerecht, enerzijds, en een nationaal gerecht van een lidstaat die partij is bij de UPC-Overeenkomst, anderzijds.