La demande d'euthanasie d'une personne majeure ou d'un mineur émancipé doit être formulée de manière volontaire, réfléchie et répétée, ne peut résulter d'une pression extérieure (article 3, § 1 ) et doit être actée par écrit (article 3, § 4).
Het verzoek om euthanasie van een meerderjarige of ontvoogde minderjarige moet vrijwillig, overwogen en herhaald zijn, mag niet tot stand zijn gekomen als gevolg van enige externe druk (artikel 3, § 1) en moet op schrift worden gesteld (artikel 3, § 4).