Selon l'ex-époux, la question préjudicielle n'appellerait pas de réponse puisqu'elle omettrait de viser la disposition susceptible de contenir la différence de traitement en cause, à savoir l'article 47 des dispositions abrogatoires et modificatives contenues à l'article 4, § 5, de la loi du 14 juillet 1976.
Volgens de ex-echtgenoot zou de prejudiciële vraag geen antwoord behoeven, vermits daarin niet de bepaling zou worden beoogd die het in het geding zijnde verschil in behandeling kan bevatten, namelijk artikel 47 van de opheffings- en wijzigingsbepalingen vervat in artikel 4, § 5, van de wet van 14 juli 1976.