65. demande à nouveau à la Cour des comptes européenne de présenter un rapport spécial sur
la performance des activités de prêt de la BEI à l'extérieur de l'Union et leur alignement sur les politiques européennes, avant l'examen à mi-parcours du mandat extérieur de la BEI, et de comparer leur valeur ajoutée par rapport aux ressources propres utilisées par la BEI; demande également à la Cour des comptes de dissocier, dans son analyse, les garanties octroyées par le budget de l'Union, la facilité d'investissement garan
tie par le FED, les différentes formes ...[+++] de financements mixtes utilisées dans le fonds fiduciaire UE-Afrique pour les infrastructures, le fonds d'investissement de la Caraïbe et la facilité d'investissement pour le Pacifique, et l'utilisation des remboursements de ces investissements; demande également à la Cour des comptes européenne d'inclure dans son analyse la gestion par la BEI des fonds issus du budget de l'Union dans le cadre de son mécanisme d'investissement, via le fonds européen de développement, et à travers les différentes
formes de mixité, via les mécanismes de mixité, et l'utilisation des remboursements pour ces investissements;
65. verzoekt de Europese Rekenkamer nogmaals om vóór de tussentijdse evaluatie van het externe mandaat van de EIB een speciaal verslag op te stellen over de resultaten van de externe kredietverleningsactiviteiten van de EIB en de aansluiting daarvan op het EU-beleid en om de toegevoegde waarde daarvan af te zetten tegen de eigen middelen van de EIB; verzoekt de Rekenkamer tevens om
in haar analyse te differentiëren tussen de uit de EU-begroting verleende garanties, de door het EOF gegarandeerde investeringsfaciliteit, de verschill
ende mengvormen die worden gebruikt ...[+++]in het kader van het EU-Afrika-trustfonds voor infrastructuur, het Caribisch investeringsfonds en de investeringsfaciliteit voor het Stille Oceaangebied, alsook het gebruik van terugvloeiende middelen voor deze investeringen; vraagt de Europese Rekenkamer in haar analyse ook in te gaan op het beheer door de EIB van de middelen die zij uit de EU-begroting ontvangt in de context van de investeringsfaciliteit via het Europees Ontwikkelingsfonds en via de verschillende mengvormen binnen gecombineerde EU-faciliteiten, en het gebruik van terugvloeiende middelen voor deze investeringen;