Le législateur entendait donc prendre une mesure par laquelle le régime d'indemnisation des victimes d'un accident de la circulation causé par un véhicule pour lequel l'Etat ou un organisme public a fait usage, conformément à l'article 14 de la loi du 1 juillet 1956, de sa dispense d'assurance serait aligné sur le régime d'indemnisation applicable aux victimes d'un accident de la circulation causé par tout autre véhicule, que ce régime implique l'intervention d'un assureur agréé ou du FCGA.
De wetgever wilde derhalve een maatregel nemen waardoor de vergoedingsregeling van de slachtoffers van een verkeersongeval dat is veroorzaakt door een voertuig waarvoor de Staat of een openbare instelling, overeenkomstig artikel 14 van de wet van 1 juli 1956, gebruik heeft gemaakt van de vrijstelling van verzekering zou worden afgestemd op de vergoedingsregeling die van toepassing is op de slachtoffers van een door een ander voertuig veroorzaakt verkeersongeval, ongeacht of die regeling de tegemoetkoming van een erkende verzekeraar of van het GMWF impliceert.