S'agissant de la possibilité d'introduire une plainte contre des candidats, la suspension du délai d'examen de cent quatre-vingt jours après les élections n'a donc d'effet utile que dans la mesure où le délai de forclusion de deux cent jours, au cours duquel le parquet peut engager l'action publique, n'est pas dépassé.
Ten aanzien van de mogelijkheid om tegen individuele kandidaten klacht in te dienen, heeft de schorsing van de onderzoekstermijn van honderdtachtig dagen na de verkiezingen bijgevolg slechts een nuttig effect voor zover de vervaltermijn van tweehonderd dagen, binnen welke het parket de strafvervolging kan inleiden, niet wordt overschreden.