L’article 78, paragraphe 3, TFUE n’habilite pas le Conseil à adopter un acte législatif, c’est-à-dire à a
dopter des mesures telles que celles que contient la décision attaquée, à savoir des mesures qui, notamment, dérogent de manière contraignante à un acte législatif, le règlement (UE) no 604/2013 (2) en l’occurrence. Par son contenu, la décision attaquée est un acte
législatif — étant donné qu’elle déroge au règlement no 604/2013 — et, pour cette raison, elle ne pouvait pas être adoptée sur le fondement de l’article 78, paragraphe 3
...[+++], TFUE, lequel habilite le Conseil à ne prendre que des actes adoptés en-dehors d’une procédure législative, c’est-à-dire des actes non législatifs.Artikel 78, lid 3, VW
EU verleent de Raad niet de bevoegdheid om een wetgevende handeling vast te stellen, dat wil zeggen om maatregelen vast t
e stellen zoals die welke in het bestreden besluit zijn vervat, namelijk maatregelen die dwingend afwijken van een wetgevende handeling, in casu verordening (EU) nr. 604/2013 (2). Het bestreden besluit is inhoudelijk een wetgevende handeling, aangezien het afwijkt van verordening nr. 604/2013, en kon dus niet worden vastgesteld op grond van artikel 78, lid 3, VWEU, dat de Raad slechts de bevoegd
...[+++]heid verleent om handelingen vast te stellen buiten het kader van een wetgevingsprocedure, dat wil zeggen niet-wetgevende handelingen.