Art. 4. § 1. L'agriculteur qui a l'intention de cultiver une culture génétiquement modifiée, informe les personnes, visées à l'article 5, § 2, du décret du 3 avril 2009, au plus tard à la date fixée par le Gouvernement flamand pour ce type de culture, par une lettre recommandée de l'intention de cultiver une culture génétiquement modifiée, à l'aide d'une déclaration d'intention.
Art. 4. § 1. De landbouwer die de bedoeling heeft om een genetisch gemodificeerd gewas te telen, brengt de personen, vermeld in artikel 5, § 2, van het decreet van 3 april 2009, uiterlijk op de datum die door de Vlaamse Regering voor die gewassoort werd vastgelegd met een aangetekende brief op de hoogte van het voornemen van de teelt van een genetisch gemodificeerd gewas aan de hand van een intentieverklaring.