Les États membres devraient pouvoir déléguer ou autoriser leurs autorités compétentes à déléguer n'importe laquelle des tâches desdites autorités compétentes à d'autres autorités ou organes, à l'exception des tâches liées aux systèmes d'assurance qualité, d'enquêtes et de sanctions.
De lidstaten moeten elk van de taken van hun bevoegde autoriteiten aan andere entiteiten of organisaties kunnen delegeren of hun bevoegde autoriteiten kunnen toelaten deze aan hen te delegeren, met uitzondering van de taken die verband houden met kwaliteitsborgingsstelsels, onderzoeken en tuchtregelingen.