Par ancienneté pécuniaire, on entend l'ancienneté acquise par un travailleur à compter du 1 janvier de l'année de prestations, de manière ininterrompue au service d'un seul employeur, quel que soit le type et le régime de contrat de travail, à l'exception du contrat de travail d'intérimaire.
Onder geldelijke anciënniteit wordt verstaan de anciënniteit die vanaf 1 januari van het jaar van de dienstverstrekkingen verworven wordt door een werknemer op ononderbroken wijze in dienst bij dezelfde werkgever, ongeacht het type en het stelsel van arbeidsovereenkomst, met uitzondering van de interimarbeidsovereenkomst.