30. félicite les pays, tels que la Tunisie ou le Maroc, qui ont redoublé d'efforts en faveur de l'éducation des filles; réaffirme, toutefois, qu'un meilleur accès à l'enseignement et aux cours de mise à niveau et de rattrapage, et en particulier à l'enseignement supérieur, doit ê
tre assuré pour les femmes et les filles; rappelle que des efforts supplémentaires s'imposent pour mettre fin à l'analphabétisme, et qu'il convient de mettre l'accent sur la formation professionnelle, y compris la promotion de la culture numériqu
e chez les femmes; recommande d' ...[+++]inclure l'égalité de genre dans les programmes d'enseignement;
30. prijst landen als Tunesië en Marokko die hun inspanningen op het gebied van onderwijs aan meisjes hebben geïntensiveerd; wijst er echter nogmaals op dat de toegang tot onderwijs, en dan met name hoger onderwijs en inhaalonderwijs, voor meisjes en vrouwen moet worden verbeterd; wijst erop dat er nog steeds het nodige moet gebeuren om analfabetisme onder vrouwen uit te bannen en dat het accent moet liggen op beroepsopleidingen, met inbegrip van cursussen om de digitale kennis van vrouwen te bevorderen; beveelt aan om gendergelijkheid op te nemen in de leerplannen;