Le Roi peut définir, sur avis de la Banque, les conditions et modalités des exigences prévues au paragraphe 1 ainsi que, plus généralement, les exigences en matière d'organisation comptable et de règles comptables afférentes aux dépôts d'instruments financiers effectués auprès d'établissements de crédit".
De Koning kan, na advies van de Bank, de voorwaarden en nadere regels vaststellen voor de in paragraaf 1 bedoelde vereisten, alsook, meer algemeen, vereisten aangaande de boekhoudkundige organisatie en de boekhoudregels voor het deponeren van financiële instrumenten bij kredietinstellingen".